Het complex met een poort, voorhuis en achterhuis begon als een bijgebouw van een 17e-eeuws landgoed, waarvan het hoofdgebouw inmiddels is verdwenen. Oorspronkelijk diende het als dienstwoning voor een koetsier of tuinman. In de 18e eeuw werd het voorhuis uitgebreid en halverwege die eeuw kwam er een achterhuis bij, initieel als twee kleine daglonershuisjes. Op basis van bouwhistorisch en kleurhistorisch onderzoek, samen met een bouwtechnische opname en een kostenraming, maakten wij een ontwerp voor de restauratie, herindeling en verduurzaming. Zo hebben we dit prachtige monument nieuw leven ingeblazen!
Het gehele monument is opgeknapt: cementstuc aan de buitenzijde is vervangen door kalkstuc, zink- en loodwerk vervangen, drainage verbeterd, voegwerk hersteld, houtrot verwijderd, geheel geschilderd. Storende elementen uit de jaren 80 hebben we verwijderd en er zijn nieuwe stalen ramen met HR++ isolatieglas geplaatst aan de achterzijde. De bestaande ramen zijn voorzien van dun gelaagd isolatieglas. Binnen isoleerden we de gevels met een dampopen capillair actief systeem van houtvezelplaat afgewerkt met leemstuc.
“Via internet vonden we je gemakkelijk. De mooie projecten en enthousiaste recensies spraken ons meteen aan. Wat een traject hebben we samen doorlopen! Een Rijksmonument uit 1648, vol verborgen gebreken en beladen met familiegeschiedenis, maakte dit een uitdagend project. Nu, tweeënhalf jaar later, kijken we met trots terug op het proces. We missen nu al de inspirerende overleggen. Het eindresultaat is boven verwachting. En we hadden de lat behoorlijk hoog gelegd! Je hebt historie geschreven met deze restauratie: een klasse apart, waar oud en nieuw elkaar perfect aanvullen en het karakter van het huis behouden is gebleven.”
Bart de Jongh, opdrachtgever